Interview met componist- pianist DeLange

DeLange verrast met compleet nieuw geluid: piano en Franse hoorns floreren op filmisch album met weidse sound.

Frank DeLange staat bekend om zijn betoverende, neoromantische pianomuziek. Hij ervaart muziek in kleuren en vormen, een verschijnsel dat chromesthesie wordt genoemd. DeLange is continue op zoek naar vernieuwing. Met zijn nieuwe album ‘La Présence d’un Rêve’ voegt hij een compleet nieuwe kleur toe aan het palet van de pianomuziek: hij combineert piano met de warmte van Franse hoorns. De unieke wisselwerking tussen piano en de hoorns zorgt voor een verrassende, warme sound.

Hoe kwam je op het idee om hoorns te betrekken bij je pianomuziek?
‘Ik had een langgekoesterde droom om muziek te componeren voor meer dan alleen de piano. Ik wilde de klank van de piano graag verlengen, en ik had een specifieke klank in gedachten. Het is zo mooi als een pianotoon overgenomen wordt door een ander instrument. Al fantaserend hoorde ik een soort synthesizer-achtige verlenging van een pianotoon, die al best lang is van zichzelf. Maar ik dacht: kom op, ik ben toch een echte ambachtsman? Ik kom uit een familie waarin klassieke muziek belangrijk was, dat zijn mijn roots. Ik wilde hetzelfde effect als een synthesizer, maar dan met een klassiek instrument. Dat geluid, maar dan akoestisch. Klassieke muziek zit zo in mijn DNA, dat de voorkeur voor klassiek er vanzelf uitkomt. Dat voelt vertrouwd, het is thuiskomen.
‘Ik kwam uit bij de hoorn, want ik houd van het geluid ervan: als hoorns in een muziekstuk de melodie spelen, heeft dat iets magisch. Veel blaasinstrumenten zijn naar voren gericht, maar een Franse hoorn projecteert naar achteren. Door de bouw ervan gaat het geluid, wat al iets omfloerster is, naar achteren en valt daarna als een soort vilten waterval over de muziek heen. Dat geeft een betoverend effect.
‘Het album heet ‘La Présence d’un Rêve’ omdat je soms niet meer nodig hebt dan de aanwezigheid van een droom om tot actie over te gaan. Ik wilde de toon van de piano verlengen en met anderen op het podium staan. Ik maak met dit album in feite mijn eigen droom openbaar.’


Kun je omschrijven wat er gebeurt als je hoorns en piano combineert?
‘Ik had nog nooit muziek voor hoorns geschreven, het was voor mij totaal onontgonnen terrein. Ik vond het geweldig om me te verdiepen in het arrangeren voor blazers. Ik ontdekte dat je bij de hoorn een bepaalde bandbreedte moet aanhouden die goed past bij piano, en bij het effect dat ik wilde krijgen. Een hoorn kan bijvoorbeeld heel laag spelen, maar wanneer een aantal hoorns tegelijk heel laag spelen, werkt dit niet altijd bij piano. Dat wordt een soort brommende modderpoel.
‘Toen ik voor het eerst de studio in ging met de hoorns, was dat magisch. De hoornisten en ik zagen elkaar pas een paar dagen voor de opnamen voor het eerst. De oefenruimte was verre van ideaal. De akoestiek was mogelijk nog fletser dan de tl-verlichting. Ik wilde vooral de hoornisten laten voelen wat de bedoeling was. Maar zelfs in die niet-ideale omstandigheden was het effect van hoorns met piano prachtig.
Er gebeurde een heleboel tegelijk die eerste paar minuten, we hadden allemaal kippenvel. Ik dacht ook: ‘Kijk ons nou, we’re doing it.’ Het was een zware dobber geweest als we tijdens die repetitie hadden geconcludeerd: nee, dit is ‘m niet. Natuurlijk heb ik goed nagedacht of het zou kunnen werken, maar je moet toch afwachten hoe het uitpakt.
‘Op dit nieuwe album is de piano een soort perpetuum mobile, die speelt een bepaald patroon dat door verschillende toonsoorten heen beweegt, een herhalende melodie. De blazers maken de golfbeweging daarop, die geven het kleur. Het zwelt op, en wordt weer wat dunner, en zwelt dan weer op. Tja, ik denk bij muziek in kleuren en vormen, dus zo voelt dat voor mij.’

Hoe vonden de hoornisten het om voor het eerst met een solopianist muziek te maken?
‘Ik zag aan de hoornisten dat ze het ontzettend leuk vonden om eens een andere rol te spelen. Blazers zijn gewend om tijdens grotere muziekwerken maar af te toe aan bod te komen. Ze zitten soms eindeloos maten tellen, totdat ze een keer mogen spelen. Voor hen was het dus ook te gek om een keer als een gelijkwaardige partner naast de piano te spelen.
‘Samen spelen met andere musici is iets bijzonders, je resoneert met anderen die in dezelfde ruimte zijn. Ik kom uit de ensemble- en bandcultuur. Als je met anderen muziek maakt en je valt qua stemming of timing lekker samen, dan kijk je even naar elkaar. Een blik van verstandhouding. Ik merkte dat mijn blazers die ervaring ook hadden tijdens het spelen. Die momenten zijn heel mooi.’

Vertel eens wat meer over jouw chromesthesie, het denken in kleuren en vormen?
Synesthesie is dat je zintuigen een beetje verward zijn. Wat ik heb, heet chromesthesie, ook wel geluid-naar-kleur synesthesie genoemd. Dat betekent dat als ik een klank hoor, ik daar meteen een kleur of vorm bij zie. Ik verwerk klanken in kleuren. En als ik een klank terugroep in herinnering, heeft het direct een vorm. Dat is bijna niet uit te leggen. Het heeft ook invloed op hoe ik werk, omdat het me tijdens het spelen een visueel raamwerk geeft. Het werkt als een geheugensteuntje. Dan denk ik bijvoorbeeld: ‘Okee ik zit nu in het blauwe gedeelte. Ik kom zo in het geel, en dan ga ik weer terug naar blauw.’
‘Ook bij het componeren werkt dat zo. Soms word ik wakker met een hele melodie met akkoorden eronder, en soms moet ik er gewoon voor zitten om iets te schrijven waarmee ik een album kan afmaken. Dan start ik dus op vanuit het hoofd. Ik denk tijdens het componeren ook in kleuren of vormen. Dan begint een stuk bijvoorbeeld met wat donkere tinten, en komen er daarna heldere lichtflitsen in voor. Ik vind het fijn om filmmuziek onder mijn gedachten te zetten. Welke klank, welke kleur past bij de gedachten van de dag?’

Je bent geliefd om je melancholische, contemplatieve pianomuziek, een genre waarin al veel muziek bestaat. Hoe onderscheid jij je van de rest?
‘Ik ben in mijn werk altijd op zoek naar vernieuwing. Artiesten die mij inspireren, spelen soms met synthesizers en dan weer met strijkers, of ze gaan ineens muziek schrijven voor een opera. Ze lijken continu bezig met hun artistieke ontwikkeling.
Voor dit nieuwe album wilde ik iets anders wilde doen dan piano solo. Ik hoorde een ander geluid. Zo kwam ik op hoorns. Ik verwerk wat ik meemaak in mijn leven in mijn
muziek, dus ook de moeilijke dingen. Ik maakte een aantal persoonlijke crises mee: een scheiding, liefdesverdriet, een kind dat ik af en toe helemaal kwijtraakte. Maar ik heb de mazzel dat mijn verwerkingsmechanisme ook wat oplevert: muziek. Ik geloof trouwens niet dat je hoeft te lijden om mooie muziek te maken, dat is volgens mij een misverstand. Maar ik kan mezelf wel terugsturen naar een bepaalde plek in mijn ziel, en een gevoel terughalen om in een compositie te verwerken. Dat is een waardevolle bron om uit te putten.’

Wat wil je bij het publiek teweegbrengen?
‘Als ik piano speel, hoop ik dat de luisteraars hun eigen verhaal in mijn verhaal herkennen. Het voordeel van muziek is natuurlijk dat het een verhaal zonder woorden is. Ik wil mensen de ruimte geven om hun eigen gevoelens te geven aan mijn muziek. Iemand zei tegen me: ‘Door jouw songtitels kom ik al in de sfeer van het gevoel dat jij met je muziek oproept.’ Dus kennelijk doen die titels al best veel, ze geven een richting aan de luisteraar en die vinden dat fijn.’

Wat is volgens jou de kracht van jouw muziek?
‘Vroeger was ik heel onrustig, ik was meer bezig met uiterlijk vertoon, ook in mijn muziek. Het was vooral veel franje. Later dacht ik: ik hoef helemaal niet zo druk te doen. Het najagen van virtuositeit leverde me leuk vuurwerk op, maar oppervlakkig spektakel. Als je de franje eraf haalde, bleef er soms maar weinig over. Rustig spelen vind ik nu veel interessanter. Als je alleen maar bezig bent met de bloesem, en die waait af, hou je weinig over. De wortels moeten ook goed zijn.
‘Een goed voorbeeld is wat mij betreft de beroemde Gymnopédie No. 1 van Satie. Het is een iconisch stuk, waarin hij helemaal put uit de oertaal van de muziek. Net als je denkt: nu is het heel toegankelijk, dan komt hij ineens met allemaal verrassingen. Dat hele spel met verwachting en verrassing vind ik heel mooi. Dat probeer ik zelf ook te doen. ‘Ik denk dat mijn muziek een klankweergave van mijn eigen ontwikkeling is. Ik ben veel autonomer geworden. Dat voelt goed.’
‘Ik heb wel eens gehoord dat mijn muziek overduidelijk contemplatief en melancholisch in de basis is, maar dat in bijna al mijn muziek wel een hoopgevende wending zit. Dat typeert mij denk ik ook wel als persoon. Ik ga niet zwelgen in het melancholische. Ik heb eerder de neiging om te vechten tegen de zwaartekracht.’

DeLange In the Arms of Solitude

Di 30 december 2025 I 20:00 uur

Tickets

Kan ik alleen zijn zonder me eenzaam te voelen? Wanneer we door muziek omhelsd worden, kan alleen zijn juist helend zijn. DeLange, een neo-romantische componistpianist, staat bekend om zijn melancholische melodieën die herinneringen en emoties oproepen en je geborgen laten voelen. Geïnspireerd door grootheden als Chopin en Rachmaninoff, ervaart DeLange muziek als kunstwerken in kleur en vorm door zijn synesthesie. Zijn werk wordt wereldwijd beluisterd en zijn compositie Tristesse kwam hoog binnen in de Klassieke Top-400. In dit pianosolo-concert neemt DeLange je mee in een betoverende muziekervaring, waar tijd en ruimte verdwijnen.

Zet mij op de wachtlijst

Wenslijstje

Toegevoegd:

Ga naar wenslijstje

Inschrijven voor onze nieuwsbrief